Handel in namen en ideeën (2011)

Mijn dochter nam een abonnement op een nieuw meisjesblaadje. Op het eerste nummer staat echter niet de naam van het blaadje maar slechts enkele puntjes. Blijkt dat de naam die de uitgever bedacht had bedacht, op het laatste moment niet gebruikt mocht worden vanwege een copyright. Kwestie van slecht vooronderzoek? In IT-land zijn naamkwesties al langer problematisch.

Het jongste gevecht gaat over de naam AppStore. Maar meer onzinnige patenten gaan over de bediening  van IT-producten, waarbij patenten zelfs belangrijker lijken dan de producten zelf. Fabrikanten en ontwikkelaars hebben patentenruzie om hoe een apparaat opengeklapt wordt, hoe een apparaat ontgrendeld moet worden (de beruchte sweep van Apple), hoe dik een apparaat is, hoe vingerbediening functioneert, hoe de bewegingssensoren reageren, hoe het startscherm eruit ziet, welke picogrammen bepaalde functies weergeven, hoe je de antenne wegwerkt enzovoort, enzovoort.

Elk jaar scoort Apple naar het schijnt gemiddeld zo’n 150 patenten en Microsoft zelfs gemiddeld 1.700 stuks. Toch zijn patenten zeer belangrijke en vormen het zelfs een belangrijk bedrijfsmiddel. In de technologie of het idee waar een bedrijf patent op aanvraagt, zitten veel ontwikkelkosten. Het patent zorgt ervoor dat andere niet zomaar – zonder deze kosten te maken – het idee kunnen hergebruiken. Patenten zijn daarom te verhandelen: andere bedrijven gebruiken de technologie uit het patent dan tegen betaling. Als een bedrijf failliet gaat, zijn patenten zelfs op te kopen. Patenten mogen worden aangevochten als bijvoorbeeld het iets veel te algemeens is en worden zelfs jaren na het indienen ervan pas goedgekeurd (of afgewezen). Wij als buitenstaanders ervaren de patenten en ruzies om handelsmerken meestal als lachwekkend  omdat ze over de gekste dingen gaan. Wat dacht je van eipot, de naam voor een Nederlands eierdopje? Heerlijk toch, die handel in namen en ideeën?