Lijstjes (november 2016)

Kun je het maken om een webdienst die al lange tijd gratis is, vercommercialiseren en de afnemers laten betalen? Ja, want het staat meestal in de kleine lettertjes verstopt op de website, die overigens bijna niemand leest. Dat een webdienst commercieel wordt, is best te begrijpen. Er zijn ontwikkelaars mee bezig, er wordt (soms) ondersteuning gegeven, er staan servers te draaien en meer. Maar hoe je een gratis dienst exact in de markt gaat zetten als commercieel product, dat is een heel ander verhaal.  

Neem nou als voorbeeld WRTS. WRTS bestaat al meer vijftien jaren en wordt gebruikt door kinderen en tieners op lagere scholen en in het voortgezet onderwijs om overhoringen te maken en af te nemen. Een leuke dienst die al die tijd gratis is geweest en die heel veel leerlingen heeft geholpen met woordjes leren, vertalingen leren en andere dingen die je uit het hoofd moet leren. Veel scholen verwijzen ouders ook naar WRTS om te oefenen. Maar de makers hebben in augustus besloten de dienst als betaalde dienst aan te bieden. Kinderen betalen nu 1,99 of 8,99 per maand. De gratis versie blijft bestaan, maar is een te ver uitgeklede versie. Docenten mogen WRTS wel gratis blijven gebruiken. WRTS bezorgt ouders toch weer extra kosten op het schoolbudget. Het duurste abo is zelfs duurder dan bijvoorbeeld een jaarabo op Squla, wat je als ouder misschien ook al hebt. Hoopt WRTS op het Microsoft Office-effect: dat gebruikers bekend zijn geraakt aan de software en er mee blijven werken ongeacht de kosten?

WRTS had ervoor moeten zorgen dat gebruikers van het eerste uur gewoon gratis door mogen gaan. Beperk abonnementsgeld dan alleen voor de nieuwe gebruikers, die weten immers niet beter. WRTS verloochend een beetje zijn fans. Of laat de Nederlandse uitgevers betalen voor het aanbieden van hun woordenlijsten. De functionaliteit van WRTS is niet bijzonder uitgebreid, zodat je er niet aan “verslaafd” bent. Het gaat namelijk alleen om lijstjes invoeren en overhoren. Overstappen gaat dus heel gemakkelijk en kinderen die een beetje internetwijs zijn, vinden zelf een alternatief. Quizlet bijvoorbeeld. Quizlet is weliswaar Engelstalig maar gratis. Ook Quizlet bestaat al lange tijd, maar heeft andere verdienmodellen. Mijn dochter is inmiddels overgestapt van WRTS naar Quizlet, en is er zelfs erg blij mee.


De bonuskaart (oktober 2016)

De laatste tijd is er op TV opvallend veel aandacht voor privacyaspecten, met nog eens extra aandacht tijdens de privacyweken van de NPO. Heb je de veelbesproken quiz “de Privacytest” of een wekelijkse spelshow “Hunted” - waar deelnemers zich moeten proberen te verstoppen in anonimiteit - gezien? De nieuwe (uitgebreidere) aftapwet is net naar de tweede kamer. Moeten we ons echt zorgen maken? 

Privacyzorgen

Privacyzorgen lijken vooral gerelateerd aan social media, die zeer veel van je weten en aan de vele Apps op je smartphone die toegang hebben tot veel meer informatie dan noodzakelijk is (van je agenda, berichten, contacten tot al je foto’s). Google, Facebook, Apple en Microsoft verzamelen extreem veel data om een zo compleet mogelijk profiel van je te hebben. Maar elk apparaat wat met internet verbonden is, van een barbiepop waar je tegen kunt praten tot en met de thermostaat van je woning geeft informatie door aan de fabrikant. Hiervoor geef je zelfs toestemming door de kleine lettertjes die je wegklikt (of leest). Informatie wordt gebruikt om de “productervaring te verbeteren” of je “gerichte reclame te geven”. De meesten zullen data verzamelen voor dit doel geen probleem vinden. 

Albert Hein

Privacyzorgen zijn niet nieuw. In 1998 introduceerde Albert Hein de bonuskaart. Een gratis kaart geregistreerd op naam en adres van de klant, bedoeld om extra korting te krijgen op wekelijkse aanbiedingen. Niet snel daarna meldden zich de eerste tegenstanders die bang waren voor hun privacy. Albert Hein kan met de bonuskaart exact zien wie welke producten in de winkel koopt. De aankoophistorie gecombineerd met woonadressen geeft een diep inzicht in iemands leven. De winkel kan afleiden of er vegetariërs in huis wonen, hoeveel personen er in een huis wonen, wat de gezinssamenstelling is, of je veel geld te besteden hebt of dat je altijd op de kleintjes let. Koop je veel paracetamol? Hoeveel wijn drink je? Koop je tijdelijk veel Pampers en babyvoeding? Leef je wel gezond (vers versus diepvriesvoedsel)? Heb je een huisdier? Hoeveel voedingssupplementen schaf je aan? Enzovoort. Los van een incident enkele jaren geleden toen je door bonuskaartnummers te gokken op de website toegang kreeg tot de aankoopgeschiedenis van andere klanten, is er weinig spannends gebeurd. We vertrouwen Albert Hein en alle andere ketens met spaarkaarten volledig. En we zijn van mening dat jarenlange aankoopgegevens niet privacygevoelig zijn. We hebben het er niet meer over.  

Onze data ligt overal

Elke winkel en webwinkel logt persoonlijke informatie en aankoopgegevens van de klant. Als dit lekt, ervaar je dit dan als vervelend? Zo ja, dan is de betreffende aankoopgeschiedenis privacygevoelig. Vliegtuigmaatschappijen houden ook een profiel bij van de reiziger, dit helpt bij het bestrijden van terrorisme. Is je reishistorie privacygevoelig? En wat houdt de NS van je bij, en de OV Chipcard, de bibliotheek, de hockeyclub, de overheidsdiensten inclusief de belastingdienst, de ziekenhuizen en andere zorginstellingen? Je bank weet ontzettend veel van je: wat je verdient, waar je werkt, waar je allemaal koopt, je eventuele hypotheek, je overheidsvergoedingen, wat je aan belasting betaalt, wat je spaart, waar je op vakantie gaat, en nog veel meer. Grote providers, deels in handen van de Amerikaanse bedrijven, weten en loggen eveneens zeer veel van je. Je mails, websites die je bezoekt en nog veel meer is gemakkelijk te herleiden naar je woon- of werkadres en naar je smartphone. Als de overheid communicatie aftapt, wat wettelijk mag, hebben ze ook inzage tot persoonlijke informatie. We hebben weinig keuze dan al deze bedrijven en instanties te vertrouwen. Potentieel privacygevoelige informatie ligt overal!

Lekken

Wat precies privacygevoelig is, varieert van persoon tot persoon en situatie tot situatie. Maar mensen veranderen en situaties veranderen. Informatie die vandaag geen probleem is, kan volgend jaar privacygevoelig zijn. Zelfs als je niets te verbergen hebt, wat gelukkig geldt voor de meeste Nederlanders, kan het toch vervelend zijn als informatie van de ene bron gekoppeld wordt aan de andere bron. We weten nooit zeker of een fabrikant andere bedoelingen heeft en of een aanbieder van een App betrouwbaar is. Een betrouwbaar bedrijf kan na overname plotseling een ander minder strak beleid gaan voeren. En wat gebeurt er met data als het bedrijf wat dit heeft verzameld, failliet gaat? Wordt de data met de inboedel mee verkocht voor de curator? Informatie wordt misschien bewust doorverkocht of lekt per ongeluk. Volgens de wet Meldplicht Datalekken die 1 januari 2016 is ingegaan, moeten alle bedrijven en overheidsinstanties datalekken melden. Doen ze dat niet, dan kunnen ze enorme boetes krijgen. Maar het lek is dan al gebeurd.

Anoniem

Natuurlijk helpt het als je wat meer de anonimiteit in gaat. Albert Hein heeft destijds de mogelijkheid geïntroduceerd voor anonieme kaarten. De aankoophistorie bestaat nog steeds, maar is niet gemakkelijk meer te herleiden naar je adres. Zoek dus op Internet met DuckDuckGo en niet met Google. Beter nog, zoek niet thuis of op het werk maar in de bibliotheek. Gebruik anonieme GMail-mailadressen in de cloud en niet je providermailadressen. Werk met Linux en niet met Windows of Mac OS. Gebruik open source applicaties en geen closed source applicaties. Betaal niet met pin, maar meer met cash geld. Bel alleen vanaf publieke telefooncellen (zijn die er nog?), met telefoons van anderen of prepaidkaartjes. Gebruik geen apps, geen social media, stuur geen berichten en appjes. Maar heb je dan nog een online leven? Risicospreiding helpt eveneens. Neem thuis twee providers, bel met drie verschillende 06-nummers, gebruik twee banken en twee pinpasjes, verdeel ook je geld over meerdere banken. Maak in elke webshop meerdere accounts, maak twee Facebookprofielen enzovoort. Maar heb je dan nog een online leven? 

Tot slot

Om terug te komen op de eerste vraag: moeten we ons echt zorgen maken? Ja, we moeten ons wel een beetje zorgen maken. Ben je bewust van privacyaspecten bij alles wat je doet. Vul geen gegevens in die je niet wilt delen, laat geen vervelende berichten achter in reviews, controleer regelmatig de privacyinstellingen van pc, smartphone en tablet en van de apps die je gebruikt, lees de kleine lettertjes van alle diensten en apps en gebruik deze alleen als je het ermee eens bent. En kies geen simpele wachtwoorden en veel verschillende wachtwoorden. Maar houd je online leven in stand, want dat is niet meer te missen. En vergeet niet dat al die data die bewaard wordt, je online en je offline leven ook veel gemakkelijker maakt. Elk nadeel heb z’n voordeel.

Hallo (september 2016)

Nee hè, daar is hij weer: de Windows 10 Update. Je wil ‘s morgens aan de slag, zet je pc aan en wordt verrast met “Hallo”. Dan weet je al hoe laat het is. Je hebt er weer ongevraagd werk bij.  “Met deze updates bent u beter beschermd in de online wereld.” “Uw pc wordt voorbereid. Schakel uw pc niet uit.” En daar is het Windows Store icon weer op de taakbalk, de Classic Shell is verwijderd en de virussoftware is weer van slag. Op wat oudere systemen (zonder SDD-schijf) draait de update erg lang. Ik mopper regelmatig over de Windows 10-updates.

Toch zijn er meer apparaten in huis die automatisch updates krijgen, inclusief nieuwe features. Zo zijn onlangs de Ziggo Horizon-box en app weer eens bijgewerkt door Ziggo. En na deze update werkt eindelijk remote control van het Horizon-mediacenter met je smartphone. En optie waar menigeen al een tijdje op wacht! De Hue-gateway van Philips krijgt zijn update toegestuurd. De NAS ontvangt een paar keer per jaar een update, net zoals de DLink Powerline-modules en de iPhone en iPad. Zo wordt je hele netwerk “extern” beheerd. Apparaten die geen updates krijgen zijn bij voorbaat verdacht en verouderd: de netwerkprinter van Canon heeft bijvoorbeeld nog nooit een update gekregen.

Op de een of andere manier draaien die andere updates soepeler en meer in de achtergrond. Komt het omdat de meeste devices Linux draaien? Je hebt er geen omkijken naar. Alleen de Windows 10-update grijpt telkens in: je moet er regelmatig op wachten en telkens nazorg plegen. Maar goed, Microsoft zorgt er in elk geval voor dat het systeem geactualiseerd wordt, en dat is ergens toch een goed gevoel. De tijd die je telkens verspilt met wachten en verwijderen van ongewenste features neem je dan maar voor lief. Misschien moet ik er gewoon minder over mopperen.

Transparantie van verzekeringen (juli 2016)

In Nederland zijn grote groepen gezinnen oververzekerd en andere groepen onderverzekerd. Zijn we überhaupt wel goed verzekerd? De verzekeringsbranche is een warboel, met veel aanbieders van veel producten, er zijn er te veel met kleine lettertjes. Zelfs als je de kleine lettertjes hebt gelezen, kom je op het moment suprême voor verrassingen te staan.

Toen onlangs en boom van de Gemeente omwaaide door jarenlang geen onderhoud te plegen en de tuin en stoep beschadigde bij ons en de buren, konden we deze 500 euro schade gewoon verhalen bij de Gemeente volgens de medewerker groenvoorziening. Maar helaas, de verzekeringsmaatschappij van de Gemeente betaalt niet uit omdat de Gemeente volgens de juristen geen nalatigheid te verwijten valt. De eigen inboedel- en woonhuisverzekering blijkt geen schade aan de tuin te vergoeden... Tijdens de vakantie is er schade ontstaan aan het keukenblad (vervanging circa 1.500 euro).  Erg vervelend, maar daar ben je voor verzekerd. Nee dus, de aansprakelijkheidsverzekering sluit de inboedel van gehuurde vakantiewoningen in het buitenland uit. De eigen inboedelverzekering dekt geen geleende spullen. De doorlopende reisverzekering denkt geen inboedels in buitenlandse woningen.

Eigenlijk zou je elk jaar je verzekeringen eens onder het vergrootglas moeten leggen. Dat doe je zakelijk immers ook? Nee, bij het MKB en kleinere bedrijven is er helaas ook weinig aandacht voor verzekeringen, door de dagelijkse drukte en hectiek, en het is zeker geen onderwerp wat je jaarlijks eens bekijkt en bijstuurt. Je adviseur is betrouwbaar en regelt het immers prima? Toch is er zeer veel te winnen door goed te kijken wat je verzekert, hoe je het verzekert en wat er gedekt is. Wist je bijvoorbeeld dat de inboedelverzekering (thuis maar ook voor bedrijfsmiddelen) uitgaat van een (vaak geheime) afschrijvingstermijn? Als er schade is, wordt deze door een expert vastgesteld. Hierbij wordt bij bepaalde ouderdom slechts de restwaarde vergoed. Stel je vijf gestolen pc’s (samen nieuwprijs 5.000 euro) zijn twee jaar oud en worden volledig gedekt door de verzekering. De verzekeraar die een afschrijvingstermijn van 5 jaar hanteert, betaalt dan 3.000 euro uit. Maar de verzekeraar die een afschrijvingstermijn van 3 jaar hanteert, betaalt 1.660 euro uit. De tweede verzekeraar heeft wellicht een lagere premie, maar is goedkoop dan duurkoop? Bestudeer eens goed je zakelijke én privé verzekeringen, zo transparant als ze zouden moeten zijn, zijn ze nog lang niet!

Internet of…. cars (juni 2016)

 

Wie heeft in huis al zijn koelkast en magnetron aangesloten op het Internet? Halen alle klokken en horloges in huis al de tijd op via internet? Worden alle lampen in huis en bediend via internet en gaan de gordijnen ‘s avonds vanzelf dicht?

 

De cloud hype laten we achter ons en over Big Data en social weten we onderhand wel een en ander. Maar de jongste hype is het Internet of Things (IoT). O.k., er wordt al enkele jaren over gepraat en geschreven, maar we zitten nog steeds in de beginfase. Thuis zijn de meesten nog terughoudend. Het is allemaal complex en niet goedkoop. Toepassingen om je huis smart te maken, komen mondjesmaat binnen, vaak via een energie- of internetprovider. Klik-aan-klik-uit heeft een gateway om lampen te bedienen via de cloud en met de Philips Hue lampen en gateway programmeer je alle lampen inclusief kleurschema’s. Het zijn echter allemaal op zichzelf staande oplossingen, met eigen Apps en een eigen cloud. Uiteindelijk is dat niet wat je wilt: lampen, audio en video, huishoudelijke apparaten, alarm, verwarming en meer groepen devices die allemaal apart communiceren via gateways en modems met cloud apps. Dit is goed voor de IT-branche, want elk woonhuis heeft dan een netwerkbeheerder nodig, maar het is zeer onpraktisch. Standaarden zijn noodzakelijk.

 

Industrie

Typerend aan een IoT-oplossing is dat deze gebruik maakt van Internettechnologie en -protocollen. Zonder deze randvoorwaarde bestaat het idee al veel langer, het wordt machine-2-machine (M2M) communicatie genoemd. Denk bijvoorbeeld aan een alarm dat een inbraak detecteert en dit doorgeeft via een telefoonverbinding aan een alarmcentrale. Er komen geen mensen noch internet aan te pas. Veel M2M-oplossingen worden omgevormd naar IoT-toepassingen. Maar de industrie bedenkt ook nieuwe toepassingen voor IoT. Gemeentes die straatverlichting smart maken, parkeerbedrijven die automatisch lege parkeerplaatsen in een App tonen, zorgverzekeraars die met IoT-pillendozen komen die signaleren als je zonder pil het huis verlaat, koeien met sensoren om de vruchtbaarheid te checken, contactlenzen met sensoren die de oogdruk meten, golfballen die meten hoe hard en in welke richting er geslagen is, afvalbakken die zelf aangeven als ze vol zijn en geleegd moeten worden, enzovoort. Je kunt het zo gek niet bedenken, of iemand ergens in de wereld is het aan het ontwikkelen. 

 

Veel componenten

Het Internet of Things is een samenspel van sensoren en actuatoren (voor in- en uitvoer), microcontrollers, gateways, routers, modems, cloud-apps als back-office, cloud-apps (een portal) voor de gebruiker, smartphone apps en niet te vergeten een communicatieverbinding.

Naast typische cloud-uitdagingen zoals hoe het zit met de security en privacy van al die gecommuniceerde en verzamelde informatie, zijn er extra problemen. Zo is het aantal devices enorm, en die moeten allemaal in staat zijn te communiceren, hebben een stroombron nodig (eventueel door zelf stroom op te wekken) en bevatten firmware die je wilt onderhouden. Datzelfde geldt voor eventuele gateways, routers en dergelijke die onderdeel zijn van de oplossing. End-points moeten zo weinig mogelijk energie verbruiken, want je wilt niet elk jaar je 3.000 koeien van een nieuwe accu voorzien. Het netwerkverkeer van je end-point moet zeer beperkt zijn (tot bijvoorbeeld elk uur een sensorwaarde) en moet bovendien over een grote afstand van meerdere kilometers kunnen communiceren. Je wilt immers niet op elke 500 vierkante meter een gateway plaatsen en onderhouden. Een standaard die hiervoor bedacht is, heet LoRa (Long Range Radio) en KPN claimde vorige maand een landelijk dekkend netwerk te hebben gerealiseerd.

De auto als IoT-device

Er is een plek waar IoT veel kansen heeft: de auto. De auto heeft namelijk stroom en bevat bovendien al veel sensoren, een kenmerkende eigenschap van IoT die in huis veel minder aanwezig is. Een middenklasser met alle opties heeft wel 100 verschillende sensoren en actuatoren. Autofabrikanten zijn zoekende hoe ze IoT kunnen inzetten in de auto’s.

 

 

Volkswagen

Neem Volkswagen als voorbeeld. In het Executive pakket krijg je Car-Net bij de auto geleverd met een driejarig abonnement. Je kunt dan via WiFi verbinding maken met internet, gebruik makend van de Personal Hotspot op je smartphone of je schaft een Volkswagen-USB-dongle aan die verbinding maakt via 3G/4G. Helaas zijn de mogelijkheden zeer beperkt.  Je kunt op het audio/navigatie-systeem een aantal apps bedienen via Android Auto, Apple Carplay of de VW-eigen oplossing MirrorLink.

 

Maar waarom zou je dat willen? Ook is het mogelijk informatie op het scherm te tonen over weer, parkeerplaatsen of nieuws (RSS-feed). Het duurdere Executive Plus pakket geeft je onder meer Streetview op je navigatiescherm. Eigenlijk allemaal niet zo zinvol: het maakt van je navigatiescherm simpelweg een ingebouwde tablet. Maar in een auto moet je rijden en niet op de tablet spelen! Het eerste waar IoT om de hoek komt, is het Vehicle Health Report. Periodiek wordt de status van de auto uitgelezen en verstuurd naar de Car-Net website. Je logt met je account in en hebt dan inzage in het rapport. Leuk, maar de informatie zie je ook al in de boordcomputer van je auto. De vraag is of klanten na verlopen van het inbegrepen abonnement dit tegen betaling willen verlengen. 

Mijn Volkswagen

Het echte werk komt eraan: alleen beschikbaar in de Connected Series van Volkswagen is de Mijn Volkswagen App. Deze werkt samen met een module die binnenkort ook in alle Volkswagens na 2010 in te bouwen is.  Via de App check je of je de deuren op slot hebt gedaan of dat de handrem erop staat. Je kijkt of de accu en bandenspanning goed zijn en of je nog benzine hebt. Als de auto beweegt (afgesleept wordt), de deuren geopend worden of het alarm afgaat, krijg je een melding in de App. Verder worden ritten geregistreerd en kun je allerlei analyses maken om te kijken wat je rijgedrag is en hoe het zuiniger kan. Je auto wordt zo een IoT-device en communiceert met backoffice apps in de cloud! Voor je auto die USB-poorten bezit, SD-adapters, navigatie, alarm, sensoren, een boordcomputer, WiFi, Bluetooth, met de cloud communiceert en met de App te bekijken is.

 

Tot slot

De toekomst voor IoT is rooskleurig: we zullen de komende jaren verrast worden met oplossingen waar we nu nog niet eens van dromen. Smart homes, smart cars, smart cities, smart healthcare, alles wordt smart met IoT. De toekomst voor de IT’er is hierdoor eveneens rooskleuring, al zijn er wel andere en bredere competenties nodig: elektronica, mechanica, robotica, domotica en DevOps (software ontwikkeling en beheer) komen stilaan nader.