Sun's TC wordt nog thinner (mei 2005)

Sun heeft al langere tijd een 'ultra-thin client' en server-centric computing concept, dat in de wandelgangen Sun Ray genoemd wordt. Hierbij wordt een Solaris server voorzien van Sun Ray Server Software. De thin clients worden DTU's genoemd (Sun Ray Desktop Units), zijn volledig 'stateless' en booten van de UNIX-server. Toepassingen draaien op de server en sturen de uitvoer naar een virtueel frame buffer, dat vervolgens op de DTU wordt geïnterpreteerd en getoond. Vanuit het gezichtspunt van beheer zijn Sun Ray's meer thin client dan de thin clients uit de Windows-gebaseerde server-based computing omgevingen en worden ze dus terecht ultra-thin client genoemd. Op het Mac-adres na, zijn de thin clients namelijk volledig identiek. Het complete besturingssysteem bevindt zich op de server en de clients bevatten geen configuratie-informatie.

De Sun Ray clients zijn hierdoor 100 procent uitwisselbaar. Uiteraard bevatten de kastjes wel firmware - onder meer om te kunnen booten - maar deze is automatisch op te waarderen vanuit de server. Vergelijkt u dit met thin clients voor Terminal Server of Citrix Presentation Server, dan zijn deze ingewikkelder te beheren, ze bevatten immers een lokaal besturingssysteem en meer en meer lokale toepassingen. Vaak worden thin clients geleverd met een afzonderlijke beheertoepassing of kunnen ze met een enterprise desktop management toepassingen worden beheerd. Omdat de Sun Ray clients stateless zijn, is het zeer eenvoudig om van de ene naar de andere werkplek over te stappen. Verwijder de smartcard in het ene station en voer hem in het andere station in om binnen enkele seconden weer door te werken.

Kijkend naar het netwerk is de Sun Ray geen thin client, omdat er zeer hoge eisen werden gesteld aan het netwerk. De clients moesten aangesloten worden op een aparte switch verbonden met de Sun Ray server. De tweede netwerk interface van de Sun Ray server was gekoppeld aan het LAN. Het grote voordeel was dat zeer snelle grafische toepassingen functioneren. Bij de nieuwste versie van Sun Ray Server 3.0 die in december 2004 beschikbaar is gekomen, is deze laatste eis komen te vervallen. Door allerhande optimalisaties is het ook mogelijk de Sun Ray DTU's op een gewoon gedeeld LAN toe te passen en zelfs over WAN-verbindingen. Net als bij Microsoft/Citrix server-based computing lopen de prestaties terug en gaan de toepassingen stroperig werken als er packet loss optreed of er netwerk latency is. Voor de beste prestaties is nog steeds de genoemde 'interconnect' optie de beste. De Sun Ray-oplossing is dus dunner geworden.

Een andere aardige ontwikkeling is dat de Sun Ray Server software tevens beschikbaar is voor Linux. Met andere woorden: plaatst u Sun Ray ultra-thin clients en een Linux-server met daarop de Sun software geïnstalleerd, dan heeft u voor de eindgebruikers Linux-gebaseerde werkplekken, op ware thin clients, volledig centraal beheerd inclusief alle toepassingen.

Als u organisatie overweegt om te migreren naar Linux op de desktop, dan is de Sun Ray server-centric oplossing een high-tech en wellicht de beste. Zeker als u de TCO gaat onderzoeken dan zal dit voor de Sun Ray niet slecht uitpakken. Hou er wel rekening mee dat u in principe kiest voor en vastpunt aan Sun als hard- en software leverancier: de Sun Ray Server toepassing met licenties en de Sun Ray thin clients zijn alleen te krijgen van Sun; voorzover na te gaan bestaan er nog geen Sun Ray thin client klonen. Wilt u tevens Windows-toepassingen aanbieden, om te voorzien in toepassingen die nog niet beschikbaar zijn op UNIX, dan biedt een MetaFrame Presentation Server en een ICA-client op de Sun Ray server hiervoor de geëigende oplossing.

[Bron: Server-based computing & access infrastructure nieuwsbrief 1, 2005 - voorjaar 2005]