Windows 10 nagging (september 2015)

Als er al ergens veel over geschreven is de laatste maanden is het wel Windows 10 dat 29 juli j.l. beschikbaar is gekomen. Is het gratis voor Windows 7 en 8 gebruikers, en zo ja hoe lang? Er wordt gesteld “zo lang de levensduur van de hardware is”, maar hoe lang is dat? En zakelijk schijnen er ander regels te gelden dan privé.  Hoe dan ook, dat ook Windows in navolging van Office de abonnementsfase is gaat, is wel duidelijk. Op zich zelf hoeft daar niets op tegen te zijn, grote bedrijven met een enterprise agreement doen dit feitelijk al tientallen jaren.

Maar wat erg irriteert is het naggen wat Microsoft blijkbaar alweer moet doen. Bij de upgrade van Windows 8 naar 8.1 was dit al vreselijk en heeft dit veel bedrijven veel onnodige tijd gekost. Gaat dit zich herhalen met Windows 10? Werk je met Windows 8 dan ken je zeker al het Windows 10 nagging scherm, waarin Microsoft je gratis Windows 10 aanbiedt. Ik ben al zeker tien keer gebeld door klanten die vragen wat ze moeten doen met die (reclame)meldingen. De gewone pc-gebruiker is helemaal niet bezig met Windows en Windows-meldingen en is zelfs bang voor afwijkende pop-ups… Het kan immers net zo goed een virus zijn, tegenwoordig zie je immers het verschil niet zo goed meer. Softwaremakers moeten leren eens te stoppen met allemaal die onnodige meldingen waar veel gebruikers geen weg mee weten.

Maar misschien ben ik te pessimistisch en is dit het laatste wat Microsoft doet om Windows te redden: Windows 8 (en 7) gebruikers proberen over te halen naar de gratis versie Windows 10 met nagging. Na de upgrade is het misschien voor altijd afgelopen. Updates en upgrades gaan in de achtergrond, automatisch en onzichtbaar, want dat is waar thuisgebruikers en het MKB naar smakken. Maar eerlijk is eerlijk: Windows 10 loopt bijzonder soepel en snel, het startmenu is op zeer acceptabele wijze terug gebracht, de App kan weer in een venster en ik geloof in idee het achter de Universal App. Dit laatste kan Microsoft misschien zelfs weer ‘cool’ maken en developers trekken mobiele Apps te ontwikkelen.

 

Gijzelvirussen! (augustus 2015)

Ongewenste reclame krijgen we allemaal. Deze spamberichten worden redelijk gedetecteerd, maar het is wel oppassen geblazen. Sommige spam wordt gebruikt voor phishing. Het bericht probeert je naar namaaksites van bekende bedrijven (ING, Rabo, ABN AMRO, Ziggo, bol.com en veel meer) te sturen om u daar (bank)gegevens te laten invoeren. Negeer altijd deze berichten. Klik nergens op wat je niet vertrouwt. Spam kan kwaadaardige code bevatten en je computer kan besmet worden door een virus, dat weten we allemaal wel en we worden er ook regelmatig voor gewaarschuwd. Een virus is een vorm van malware (kwaadaardige software ontwikkeld door criminelen) dat zichzelf na installatie kan verspreiden, net zoals bijvoorbeeld en griepvirus. Het probeert dus zichzelf te kopiëren naar andere computers op het netwerk of het internet.

Adware

Een virus wat zichzelf na installatie niet verder verspreid is formeel bekeken geen virus maar een andere vorm van malware. Veel van die meer statische malware uit zich als adware: ze presenteren te pas en onpas advertenties of proberen je naar sites te sturen om (vaak illegale) spullen te bestellen, die je na bestellen waarschijnlijk niet eens krijgt. Adware komt niet alleen via mail binnen, maar ook op andere manieren, bijvoorbeeld via besmette websites die je bezoekt of dubieuze websites waar bewust malware mee geïntroduceerd wordt (illegale download sites). Deze laatste bedreiging kun je veelal zelf voorkomen, maar de andere niet, die worden je gewoon aangedaan. Adware komt voor op Windows, maar ook op Linux en zelfs op je iPhone. Ook op Facebook zie je met enige regelmaat dat er honderden personen getagd zijn in een “advertentie” voor bijvoorbeeld Ray-Ban-zonnebrillen van 15 euro. In de Buienrader app stond onlangs een reclamebalkje dat na openen je probeerde ‘WhatsApp’ te laten kopen. Adware is irritant en lastig maar op zichzelf - als je nergens op klikt en niks besteld - geen ramp en ook redelijk simpel te detecteren en verwijderen.

Spyware en keylogger

Andere vormen van malware houden zich niet bezig met reclame, maar met ernstigere delicten, ze proberen informatie van je pc te ontfutselen, variërend van de websites die je bezoekt (spyware) tot en met bijvoorbeeld adresboeken, bankrekeningnummers of wachtwoorden die je intikt (keyloggers). De info wordt dus afgeluisterd en doorgespeeld naar criminelen die het gebruiken voor pogingen je bankrekening te plunderen of de data verkopen. Dit soort malware kan zich ook op een pc installeren als rootkit, software die lastiger te detecteren is en ook veel lastiger te verwijderen is. Sommige malware gebruikt je systeem om deel uit te maken van een botnet, een netwerk van besmette computers die door criminelen ingezet worden voor het verspreiden van malware of versturen van spam.

Ransomware

Ramsomware gijzelt je pc. zo wordt letterlijk het scherm bevroren en is de pc volledig onbruikbaar. Op het scherm wordt je bang gemaakt met meldingen van politie, Buma/Stemra, de FBI of een incassobureau. Soms zie je zelf een foto van je kantoor, huiskamer of jezelf (gemaakt met de webcam aan je systeem). De enige  manier om je pc weer aan de praat te krijgen, is - volgens de ransomware - geld overmaken naar een rekening. Nog erger is ramsomware die gebruik maakt van cryptolocker. Om het moment dat je besmet raakt - vaak door onbedacht of als schrikreactie te klikken op een attachment in je mail, bijvoorbeeld een betalingsherinnering van een zogenaamd incassobureau - worden je bestanden versleuteld. Door binnen 3 dagen geld over te boeken, krijg je een decodeersleutel om de bestanden weer bruikbaar te maken. De vraag is natuurlijk, stel dat je betaalt, krijg je dan inderdaad de decodeersleutel? De criminelen hebben er immers geen baat bij dit te doen. Ransomware is wel te verwijderen, maar in het geval van Cryptolocker krijg je toegang tot je bestanden niet terug. Cryptoware-gebaseerde ransomware schijnt ook bestanden op het netwerk te versleutelen als deze met een stationsletter zijn verbonden, maar niet als je het netwerk met een netwerkpad benadert (\\server\share\).

Zowel het ‘politievirus’ als een geval van cryptoware heb ik onlangs meegemaakt in een schoonheidssalon respectievelijk een zorgpraktijk. In het eerste geval is de malware verwijderd en de schade beperkt tot slechts een flink schrikreactie. In het tweede geval is de malware ook verwijderd, de door de malware versleutelde bestanden met vooral patiëntenhistorie is verloren gegaan. De kopie op de NAS was twee maanden oud… Gelukkig is alle gestructureerde informatie in een online CRM-achtige app opgeslagen.

 

 

 

 

Delen en liken (juli 2015)

Op Facebook, Twitter, Google en andere (social) media deel je allerlei berichten. En je weet dat de aanbieders van het medium de informatie gebruiken die jij in de berichten zet. Misschien wordt de informatie nog niet gedeeld buiten je vriendenkring, maar je krijgt zelf wel gerichte reclame naar aanleiding van de inhoud van je berichten. Ook als je met Gmail werkt, zul je zien dat er soms reclame wordt  getoond voor een product of onderwerp dat in een van je actuele mails genoemd wordt. Het mogen scannen van berichten maakt onderdeel uit van het verdienmodel van de gratis diensten: reclame!

Maar technologie schrijdt voort. Want naast berichten bevinden er zich tussen je tekstberichten ook foto’s, heel veel foto’s. Geavanceerde scan- en analysetechnieken maken het mogelijk ook de inhoud van foto’s te interpreteren net zoals de tekstberichten. Dit wordt machine vision genoemd. Een computer analyseert reeksen foto’s en is in staat de context vast te leggen. Uit de foto’s haalt men zo wat je hobby’s zijn, wanneer je die doet, hoeveel kinderen je hebt, welke sporten je kinderen doen en wanneer, of je liever koffie of thee drinkt, of je barbecuet, met wie je vaak op stap gaat en waar je op stap gaat, waar je werkt en op welke dagen je papadag hebt en zelfs met wie je op je selfies staat. Naast analyse van inhoud van de foto wordt natuurlijk ook de EXIN data uit het fotobestand gecombineerd met de inhoud (waarin de exacte opnamelocatie staat) en je Likes en vrienden. Een aardig staaltje foto-analyse doet Microsoft om je leeftijd vast te stellen, probeer het maar eens op http://how-old.net.

Combineren van al deze bronnen is de olie van de toekomst (het is Big Data). Moeten we het erg vinden? Nou ja, we doen het allemaal zelf en eigenlijk weten we best wat er met al die data mogelijk is. Zolang het beperkt blijft tot reclame hebben de meesten er geen probleem mee...

 

Doen waar je goed in bent (juni 2015)

Ik ben een Raspberry Pi fan van het eerste uur. Dat komt omdat dit systeempje herinneringen oproept van de begintijd van de thuiscomputers. Ik had een Commodore 64 gekocht voor toen bijna 1.100 gulden, dat was inclusief een cassetterecorder die voor opslag van programma’s en data. Je leerde spelenderwijs programmeren, door het overtikken van hexadecimale code en basic-programma’s uit computermagazines, die overigens beter floreerden dan in dit cloudtijdperk. Er werden uitbreidingsprinten ontwikkeld, gemaakt en nagemaakt met spellen in EPROM. Fastloaders werden gemaakt om de I/O naar de cassetterecorder - en later de gruwelijke dure 5¼ inch diskettestation te vertienvoudigen. Leuk en leerzaam.

Mijn zoon van tien heeft ook op de Raspberry gespeeld. Geprogrammeerd wel te verstaan met de kindertaal Scratch. “Papa, wat is dat ding sloom zeg, heb je geen andere computer?” was zijn eerst reactie. Scratch als tool is goed bevallen, maar “Papa, ik krijg er wel hoofdpijn van, kan het niet groter?” En even later: “Hij doet niet wat ik wil, nu is alles weg!” en “Papa, kan ik dit ook op mijn iPad doen?”. Ik besluit mijn totaal gefrustreerde zoon achter de Windows-computer te laten plaatsnemen. Een veel nieuwe versie van Scratch (de Raspberry heeft versie 1.4) draait in de cloud. Met meer mogelijkheden, meer onderdelen in het Nederlands, sneller, grotere schermen, meer hulp online, vele tienduizenden projecten online te bekijken (ook de ‘source code’) en projecten worden in de cloud bewaard. En er is inderdaad ook al een ScratchJr voor de iPad.

Is mijn zoon verwend? Is hij gewend aan snel internet en snelle devices? Misschien wel, maar de Raspberry is ook niet gemaakt om Scratch op te gebruiken ook al wordt dit door deze en gene beweerd. De Pi is een langzaam systeem met niet altijd actuele apps. Het is een experimenteercomputer met Linux, om bijvoorbeeld met python apps allerlei devices aan te sturen, sensoren uit te lezen, enzovoort. Het is niet voor niets dat Microsoft (een commandline versie) van Windows 10 gratis op de markt gaat brengen voor de Raspberry Pi. Want met de groei van het Internet of Things groeit ook het aantal RPi’s (en er zijn er al 5 miljoen van verkocht) en daar moet je als Microsoft natuurlijk bij zijn! We moeten devices dus leren gebruiken waar ze voor bedoeld zijn.

 

 

Je kantoor in de cloud. Maar welke cloud? (mei 2015)

De term cloud is alweer passe. We weten nu onderhand wel wat het is, welke vormen er zijn en wat de voor- en nadelen zijn. De grote drie (Apple, Google, Microsoft) timmeren hard aan de weg om privé personen, het MKB en hopelijk daarna ook de grotere bedrijven in hun cloud te omarmen. De overeenkomsten tussen de kantooroplossingen van deze drie zijn erg groot. Dat maakt kiezen niet gemakkelijk. Daar waar organisaties graag kiezen voor bewezen softwareproducten van een toonaangevende fabrikant (met name Microsoft) geldt deze randvoorwaarde veel minder in de cloud. Cloud tools zijn veel generieker en je kunt veel sneller overstappen van de ene naar de andere aanbieder en zelfs producten van diverse aanbieders door elkaar gebruiken.

Apple

Apple heeft met zijn iCloud (voorheen mac.com en me.com) een mooie cloud-omgeving gebouwd, om online te werken, allemaal via je AppleID. Naast de agenda, contacten, notities, herinneringen en uiteraard webmail, biedt het bedrijf Pages, Numbers en Keynote online aan. Verder heeft Apple 5GB online opslag en een synchronisatietool die de bestanden naar je Mac of PC synchroniseert. Apple bouwt met iCloud mooi voort op de iPad en iPhone en de omgeving online is geïntegreerd met de vergelijkbare tools op de mobiele devices. Apple heeft zo een strak ecosysteem, geprezen door Apple gebruikers. De devices worden tevens geback-upped naar de iCloud. Heb je meer schijfruimte nodig, dan koop je bij Apple 20GB voor $0,99 per maand (of meer tegen extra betaling). Voor iCloud mag je Apple’s Safari gebruiken, maar nodig is dat helemaal niet. Beeldbellen met Facetime is alleen mogelijk tussen Apple devices onderling. Apple zet verder in op gezinnen met kinderen. Sinds iOS8 bestaat er zoiets als Delen met gezin. Met één enkele iTunes card (of credit card) kunnen zes personen aankopen doen in de stores. Als ouder ben je in staat de aankopen van kinderen vooraf goed te keuren. Verder biedt Apple de mogelijkheid foto’s en een familie-agenda tussen de gezinsleden te delen. Apple devices worden veel zakelijk gebruikt, en Apple heeft weliswaar beheermogelijkheden en er zijn zelfs andere MDM-oplossingen voor de Apple devices, toch is de Apple cloud erg consumentgericht. Dat gaat ze goed af, en het zakelijke gebruik gaat als vanzelf - of de IT-afdeling dit nu wil of niet - dankzij consumerization en BYOD.

 

Google

Waar Apple een strakke relatie heeft tussen de iCloud en de Apple-devices, is dat bij Google heel wat minder. Natuurlijk kun je een Android device integreren met Google’s cloud en apps kopen in de Google Play app store, maar andersom is nog veel meer waar: om de Google-cloud te gebruiken is een Android-device helemaal niet nodig. Google is wat dat betreft multi-platform. Met je Google Account heb je toegang tot een Google Drive van 15GB gratis (te upgraden vanaf $1,99 per maand tot 100GB en nog meer als je per maand extra wilt betalen). De drive kan synchroniseren met devices, PC’s en Mac’s. Google heeft soortgelijke online tools: GMail, Google Keep (notities), Agenda, Documenten, Dia’s, Spreadsheets, Tekeningen. Maar Google gaat veel verder dan Apple en Microsoft. Google heeft tools om de beeldbellen (Hangouts), een social media platform, een browser met een web app store, een methode om via de cloud te printen (CloudPrinter), een tool voor remote support (Google Remote Desktop) en veel mediatools (YouTube, Maps, Earth, Translate).

 Maar laten we vooral niet vergeten dat Google een advertentieplatform is. Waar we bij Apple een strak ontwerp zien van de office tools, is dat bij Google veel minder mooi opgezet. Bij Google moet je meer zoeken om alles netjes aangeboden te krijgen voor je gebruikers en zijn de tools allemaal wat ‘los’ staand. Voor bedrijven biedt Google Google Apps for Work aan, van 4 euro per maand per gebruiker tot 8 euro per maand per gebruiker. De zakelijke versie heeft allerlei voordelen, waaronder - in het geval van het 8 euro abonnement - onbeperkte schijfruimte per gebruiker!

 

Microsoft

Microsoft heeft al lang online platform die deels zijn overgenomen en regelmatig van naam zijn veranderd (MSN, hotmail, Windows Live) en vandaag heet het outlook.com. Het mailsysteem van Microsoft is in de loop van de tijd uitgebreid met opslagruimte OneDrive (voorheen SkyDrive), synchronisatiemogelijkheden en uiteraard een mini-office suite. Sinds Windows 8 volgt Microsoft de andere twee (Apple/Google) met een bijna verplichte Microsoft account (voorheen Windows Live ID).  Degenen die Windows 8 hebben geïnstalleerd hebben dit aan levenden lijve ondervonden. Bij de webmailomgeving van outlook.com is Office Online inbegrepen. Het bevat een miniversie van Word Online, PowerPoint Online, Excel Online, OneNote Online en een Calender en People functie.

De opslagruimte is 7GB, behalve voor gebruikers van het eerste uur, die mogen de destijds toebedeeld 15GB schijfruimte blijven gebruiken. Met allerlei bonusregelingen kun je de opslag opwaarderen. Voor 1,99 euro per maand koop je er 100GB bij. Als alternatief kun je ook een Office 365 Home abonnement kopen voor10 euro per maand. Je hebt dan 1TB opslag per én de volwaardige versies van Office 365 (online en offline). Microsoft heeft nog diverse andere abonnementsvormen.

Open source

In de open source wereld zijn geen alternatieven. OpenOffice, LibreOffice en enkele anderen zijn weliswaar prima alternatieven voor Microsoft Office, maar er ontbreekt een component: de online mogelijkheid. Online werken op allerlei devices, data synchroniseren naar allerlei devices en cloud storage, het ontbreekt simpelweg. Er bestaat een gratis online office (Thinkfree Online) maar deze is geen open source.

Een winnaar?

Een winnaar is niet aan te wijzen. Elk van de drie providers heeft een eigen insteek. Waar Apple vanuit de (privé) devices de cloud aan het uitrollen is, doet Microsoft dit vanuit de installed base van lokale Windows en lokale Office installaties. Google heeft geen device- en office-historie en rolt de kantoorsuite uit naast andere online platforms en tools. Alle drie hebben ze succesverhalen van tevreden klanten.  Microsoft heeft misschien de komende tien jaren de beste troef in handen: namelijk de het feit dat grote organisaties erg log zijn. Windows Server 2003 gaat EOL en wordt nog massaal gebruikt, Windows XP is EOL en is zeer lang gebruikt, evenals de oudere Office-versies. Software gaat tien jaar en langer mee. Dit wetende, is het voor organisaties gemakkelijker stilaan de Microsoft-cloud toe te voegen naast de vele andere legacy Microsoft-producten dan te kiezen voor alternatieven.

Moet je wel kiezen?

Nieuw te starten bedrijven, kleinere bedrijven, het MKB, freelancers en thuisgebruikers hoeven niet voor één aanbieder te kiezen. Flexibiliteit is hier troef en je loopt ver voorop in de kantoorcloud in vergelijking met grotere organisaties. Als je helemaal in de cloud werkt, gaan alle tools hand in hand. Je mailt met GMail, tikt je documenten met Office Online, houdt je agenda bij in de iCloud. Synchronisatie van je documenten doe je met DropBox, presentaties maak je met Prezi, enzovoort. Daar waar je support wenst of extra functionaliteit, neem je een maandabonnement. En ben je ontevreden, dan switch je zo van de een naar de ander.